Blog
GERIEFBOS
Het blijft een feest om woorden bij elkaar te sprokkelen. Zo stuitte ik gisteren tijdens een wandeling op een tekstbordje waarop het, voor mij nog onbekende, woord ‘geriefbos’ mijn aandacht trok. Mijn fantasie sloeg meteen op hol. Ik zag allerlei wandelaars tussen de bomen aan hun gerief komen. Ik bleef stokstijf aan de rand van dit ‘geriefbos’, ook wel ‘geriefhout’ genoemd, staan. Ik durfde geen stap meer te verzetten. Zou ik, als ik nu toch doorliep, ‘De Tuin der Lusten’ betreden? In gedachte zag ik ouwe bessen, met een flinke bos hout voor de deur, argeloze bezoekers in hun zwarte woud lokken. Als Sirenen wisten zij iedere voorbijganger te verleiden met hun gezang: ‘Bloeiende twijgen breng ik voor je mee…’. Ik zag het in dat ‘geriefbos’ krioelen van zwetende lijven. Leefden daar bomen van kerels en enorme takkenwijven? Het angstzweet brak me uit. Ik koos het hazenpad en rende voor mijn leven. Een beetje bijgekomen van de schrik wierp ik op mijn woordenboek een blik en las: ‘Een geriefbos is een klein bos waar in vroeger tijden het hakhout vandaan werd gehaald dat in en rond het huis werd gebruikt. Gerief betekent hier te gebruiken’. (foto: De Boommens, fragment uit het schilderij ‘De Tuin der Lusten’ van Jheronimus Bosch)