Sterk samen sterk

Ben je een wijkagent?
Alleenstaand ouder?
Hoogbejaard of jong talent?
Schouder aan schouder
Kun je meer dan in je eentje
Doe dus mee en draag je steentje
Bij net als wij
Aan een nieuwe maatschappij

Sterk samen sterk
Dat is ons handelsmerk
Sterk samen sterk
Weg met het ik-tijdperk
Kijk eens vaker om je heen
Sla de handen weer ineen

Sterk samen sterk sterk
Ja sterk samen sterker
Werk samen werk werk
Het maakt je stukken sterker

Ben je een musicus?
Bloemist, boekhouder?
Manager of medicus?
Schouder aan schouder
Kun je meer dan in je uppie
Doe dus mee en join ons cluppie
Bouw net als wij
Aan een nieuwe maatschappij

Sterk samen sterk
Dat is ons winstoogmerk
Sterk samen sterk
Tel uit je winst en werk
Werk samen niet alleen
Sla de handen weer ineen
Sterk samen sterk sterk
Ja sterk samen sterker
Werk samen werk werk
Je staat meteen veel sterker

Sterk samen sterk
Sterk als een paard of leeuw
Sterk samen sterk
Staan wij in deze eeuw
Als er samen wordt gewerkt
Is onze toekomst gewaarmerkt

Sterk samen sterk sterk
Ja sterk samen sterker
Werk samen werk werk
Je staat meteen veel sterker
Merk toch hoe sterk sterk
Vele handen maken lichter werk!

Voor het eerst gezongen op de bijeenkomst Hoe roze is rood? Een PvdA-bijeenkomst in het COC in Haarlem. Tineke Netelenbos zong het meteen uit volle borst mee. Op de Dag van de Arbeid-viering, op 1 mei 2002, heb ik de euvele moed gehad het lied te introduceren als de opvolger van de Internationale.
In het NRC van 2 mei schreef politiek redacteur Egbert Kalse er onder de kop ‘Travestiet en Den Uyl samen sterk bij PvdA’ hetvolgende over:

“Oud-wethouder Jan Haverkort van Haarlem begon in stijl op de Dag van de Arbeid. Hij had een echte 1 mei-toespraak met een hoog domineeskarakter klaar voor de aanwezigen op deze PvdA-campagne-avond. Fel trok hij van leer tegen de wasmiddelenmethodes die politieke partijen heden ten dagen gebruiken om zichzelf onder de aandacht van de kiezer te brengen. Uitgebreid citeerde hij het sociale boegbeeld van de PvdA, Joop den Uyl. Voor rechtgeaarde socialisten als Haverkort hebben artikelen van Den Uyl die in 1952 in het PvdA-blad Socialisme & Democratie stonden, nog grote actualiteitswaarde. De zaal gromde instemmig bij het horen van oude mantra’s als Hun strijd, onze strijd, internationale solidariteit. De stemming zat er na twintig minuten , kortom, lekker in….tijd voor een liedje. Wie de traditionele meezinger ‘De Internationale’ had verwacht, het was per slot van rekening 1 mei, kwam bedrogen uit. Voor het vertier en vermaak was de Haarlemse travestiet Dolly Bellefleur ingehuurd. Getooid met een platina-blonde pruik en een miniem rood jurkje met veren, zette hij (Het lijkt wel MacDonald’s daar zeggen ze ook altijd meneer tegen me! DB) een zelf gecomponeerd popdeuntje in met de titel Sterk samen sterk. Een vrije interpretatie van het Samen Sterk waarmee de PvdA de verkiezingen hoopt te winnen. Of de zaal even mee wilde zingen? Dat wilde de zaal wel. Bellefleur nam daarna de regie volledig over. In een parodie op de televisiequiz De Zwakste Schakel bestookte hij (een ezel stoot zich…, DB) de kamerleden Ferd Crone, Saskia Noorman-Den Uyl, José Smits, Mariëtte Hamer en Roos Vermeij over de geschiedenis van het socialisme. Wie is hier de Sociaalste Schakel?…Saskia Noorman-Den Uyl won.”

Op 5 mei 2002, de dag voordat Pim Fortuyn vermoord werd, heb ik zelfs Ad Melkert nog toegezongen bij het Homomonument.

Gerard van Westerloo plaatste het lied in een historische context:

De Kroonprins

“Het was het uur dat de geschiedenis zal ingaan als keerpunt: ervoor en erna. Maandagmiddag zes uur. De aanslag op Pim Fortuyn. Alles wat daarvoor gebeurd is kwam in een ander daglicht te staan. Wat tot dan toe onderdeel leek van een felle verkiezingsstrijd werd daarna een bittere herinnering. Zondag aan het einde van de middag had Ad Melkert op de Westermarkt in Amsterdam, te midden van dansende homo’s en in de armen van Dolly Bellefleur, uit halfvolle borst gezongen dat we samen sterk, sterk, saa-men sterrek moeten zijn. Dat leek toen een verademing. Eindelijk eens geen zaaltje gelijkgezinden (geen parels voor de zijnen, DB) dat in slaap valt bij een gedegen uiteenzetting van hun lijsttrekker omtrent de nominale ziekenfondspremie… Eindelijk ook geen zwaar geregisseerde tv-lol met schmierende BNN-babes of met een brulaap in clownspak. Eindelijk de kroonprins zelf, midden in het stadse leven.
Het ging hem niet slecht af. Voor het eerst sinds weken lachte de kroonprins niet als iemand die van zijn campagnestaf wat vaker moet lachen, maar gewoon, zoals een mens lacht wanneer er iets te lachen valt. Kort voordat ze gearmd aan het zingen sloegen had Dolly Bellefleur, hoofstedelijk travestiet (pardon? Vrouw van de wereld, DB) eindeloos langbenig en voor de gelegenheid in geilrood speelpakje gestoken, aan de kapperszoon uit Gouderak gevraagd wat hij van haar kapsel vond. ‘Ja ik vind, eh, het…’ wilde de kroonprins zeggen. ‘Heel mooi ja’ antwoordde Dolly, ‘dank u wel’ ‘En gaat u wel eens naar een disco?’ ‘Dat is wel lang geleden’ ‘Ik kan u niet overhalen? U bent gelukkig getrouwd ook, he?’ ‘Ik ben heel gelukkig. En getrouwd.’
‘Wanneer voelt u zich ontspannen?’
‘Nu Dolly. Bij jou.’”

Aldus een passage uit het artikel van Gerard van Westerloo.

Dezelfde avond werd een fragment van mijn optreden met Ad Melkert nog uitgezonden bij Barend en van Dorp. Toen ik 6 mei om 9 uur ’s ochtends met de trein vertrok naar Parijs was ik in de zevende hemel. Was dit dan eindelijk die lang gehoopte doorbraak? De kleurenfoto’s van Dolly op o.a de voorpagina van de Telegraaf en in het Parool beloofden veel goeds. Ik verwachtte ook veel van mijn liedje De Ontzetting over Koning Pim. Opnames voor Man Bijt Hond waren al gemaakt, uitzending gepland op 9 mei, en er waren kontakten gelegd met Kopspijkers. Zelfs toen we die middag over Pere Lachaise liepen werd ik regelmatig gebeld op mijn mobieltje over de golf van publiciteit die was losgebarsten naar aanleiding van mijn optreden met Ad Melkert. Enkele uren later kregen we het bizarre en onwerkelijke telefoontje uit Nederland dat ‘Pim lag te sterven’. Wat voelden we ons ontheemd. We wilden het liefst meteen naar huis. We hadden het gevoel dat Nederland compleet werd afgebroken en wij waren er niet bij. Ongeveer twee uur na dit telefoontje uitte ik ook, zeer voorzichtig, mijn wel zeer persoonlijke egoïstische frustraties over het hele gebeuren. Ik voelde me ook schuldig over die gevoelens. Immers er was iemand vermoord en dan ga jij toch niet zitten zeuren dat je een van de beste liedjes die je ooit hebt geschreven voorgoed in de prullenbak kunt gooien? (zie ook De Ontzetting).

Toen ik op 10 mei terugkwam in Amsterdam ben ik vrijwel direkt naar het Monument op de Dam gegaan. Ik wilde ter plekke ervaren wat onder ‘het volk’ leefde. Ik schrok van teksten als ‘linkse fascisten’ en ‘Melkert= Moordenaar’. Om even op adem te komen ging ik naar de Casa Maria. Ik was maar net binnen of een van de vaste klanten, iemand die al jaren mijn optredens bezocht, schreeuwde door de zaak: “Kijk daar heb je die Melkert-hoer”. Ik heb mijn drankje snel opgedronken. Toen ik over de brug achter de Beurs van Berlage terugliep naar het Rokin werd ik, krap twee minuten nadat ik voor Melkert-hoer was uitgemaakt, door een groepje Marokaanse jongeren uitgescholden voor vieze Fortuyn-flikker.
Samen Sterk heb ik nog een keer uit de kast gehaald voor de Provinciale Staten Verkiezingen (zie Jan-Peter).