Dames om te smullen
Daar zijn we dan
’t Duurde wel even
Mijn make-up die liep haast in de soep
De keuken werd een kleretroep
Daar zijn we dan
Ik dacht zo even
Ik haal wel shoarma of chinees
In de magnetron en klaar is kees
Ach meiden maak je niet zo druk
We zijn toch zelf een lekker stuk?
Ja wij zijn dames om te smullen
Licht verteerbaar, volslank en gezond
Dames om te smullen
We glijden zo maar in uw mond
Oh propt u zich maar lekker vol
Met Dolly, Sally en met Dol
Wij zijn dames, echte dames om te smullen
Wat zullen wij gaan kokkerellen?
Wilt u ’t neusje van de zalm
Of houdt u niet van vissewalm?
Zegt u ’t maar
U mag bestellen
Wilt u wild vlees? Well-done of rare?
Wij koken voor u met een ster
Wij kauwen het nog een keer voor
Voor elke kenner of carnivoor
Zijn wij drie dames om te smullen
Uw voorafje, hoofdgerecht en toet
Dames om te smullen
Onverzadigd vet in overvloed
Ooh eet me op met huid en haar
Ik lust u rauw
Wees mijn tartaar
Want wij zijn dames, echte dames
Om te smullen
Dames om te smullen
Uw voorafje, hoofdgerecht en toet
Dames om te smullen
Heerlijk, hartig, honingzoet
Ooh propt u zich maar lekker vol
Met Dolly, Sally en met Dol
Wij zijn dames, echte dames om te smullen
Onder het motto ‘verandering van spijs doet eten’ besloten Sally Bowles, Dolly Dolfijn en ik, na jarenlang solo triomfen gevierd te hebben, in juni 1993 onze charmante hoofdjes bij elkaar te steken. De productie Dames om te smullen met “scherpe teksten, gekruide babbels en liedjes om van te blozen” in het Plein Theater in Amsterdam was zo’n succes dat we gevraagd werden ook het land in te gaan. Een tournee volgde langs het Zuidpleintheater in Rotterdam, Theater Pepijn in Den Haag, de Arnhemse Schouwburg, O’42 in Nijmegen, de Schouwburg in Heerlen, het Klein Theater in Eindhoven en de Kleine Komedie in Amsterdam. Hier kon het publiek op 28 april nog een keer de tanden zetten in sexbom Dolly Dolfijn , de mond laten snoeren door de gepeperde uitspraken van Sally Bowles en de vingers aflikken bij de pittige liedjes van mijn persoontje.
Enkele jaren later overleed Dolf Luteyn alias Dolly Dolfijn aan de ziekte AIDS. Toen hij op de orkestband van The Sunny Side of the Street door een aantal doodgravers in jacquet werd weggedragen kregen Sally Bowles en ik bijna de slappe lach. In gedachten zagen we hen al tappend Dolly Dolfijn wegdragen op de muziek van een van haar succesnummers.
Ergens in een café in de buurt anekdotes ophalend vertelde ik Sally over die ene keer dat Dolly en ik bijna waren verongelukt. Op de terugweg van een optreden in Heerlen zaten we zo heerlijk te kletsen dat we wellicht iets minder goed op de weg letten. Na een ellenlange rechte weg dook ineens een zeer scherpe bocht op. Enkele minuten lang schuurde de auto langs de vangrails. Pas bij wegrestaurant De Lucht, ongeveer een half uur rijden van de plek waar het ongeluk was gebeurd, durfden we de auto te parkeren en de schade te bekijken. De schade viel relatief mee.
Hetgeen niet gezegd kon worden van een auto die ik jarenlang leende van Jo en Joke. Beiden collega’s van vaste visagist en chauffeur Paul Gerrits waren zo vriendelijk om deze kleine zelfstandige jarenlang hun auto te lenen. Zo ook op die ene vijf december. Omdat ik wist dat op de lokatie geen kleedruimte was zat ik, wat ik wel vaker deed en ook nu nog doe in dergelijke situaties, in vol ornaat in de auto. Het optreden in Amersfoort ging meer dan voorspoedig. Ik kreeg zelfs na afloop, iets wat me helaas niet al te vaak overkwam, een fooi van honderd gulden. Voldaan begonnen chauffeur en ik de terugreis. Enkele minuten onderweg ontstond er een vreselijke rookontwikkeling. We konden gelukkig nog net een tankstation bereiken. Uren stond ik all dressed up in het tl-licht van het pompstation een showtje op te voeren. Onder het mom: ‘de aanval is de beste verdediging’ riep ik met name de meest macho cliëntèle, wijzend naar mijn witte pruik, strofen toe als: ‘Hoi ik ben Sinterklaas alleen mijn baard zit verkeerd om’. Ik had zelfs een lift hebben kunnen krijgen van een motorrijder. Toen de ANWB eindelijk ter plekke was bleek de auto rijp voor de schroothoop. Ik eerlijk gezegd ook. De extra honderd gulden ging op aan een taxi. Een rit die ik ook niet snel zal vergeten. De chauffeur was, hoe zal ik het formuleren, nogal over-tolerant. De hele weg zat ie maar van: ‘Ik heb wel vaker figuren zoals jij in mijn auto… ach jullie zijn toch ook gewoon mensen’ et cetera.
Van dit voorval twee dingen geleerd: 1) Ga nooit meer in vol ornaat in een auto zitten 2) Leen nooit meer een auto van vrienden maar huur er een. Want ook al werd me door Jo en Joke niets verweten, het mankement had te maken met slijtage, ik voelde me toch zeer schuldig over het gebeuren.
foto: Hans v.d. Leeden